Kinderen, denk aan de liefde

In deze avondmaalsdienst vertelt ds. Marieke Andela-Hofstede een legende over de apostel Johannes. Die bleef tot op hoge leeftijd actief. Zijn toespraken, preken, werden steeds korter. Totdat er een korte zin overbleef. De dominee vraagt zich af, wanneer zij oud is geworden, wat er dan overblijft van haar preken. In de Oosterkerk en in de Oude Helenakerk wordt vanmorgen het heilig Avondmaal gehouden. In de Oude Helenakerk ligt bij de ingang een liturgie, ‘maar een liedboek is wel nodig’, zegt koster Frans Ratering. Gerard Wesselink bespeelt het orgel, op de avondmaalstafel staat brood en wijn gereed. Leis Lensink is de ouderling die de kerkgangers welkom heet. Er gaan bloemen naar vier adressen, de bestemming van de opbrengst van de collectes wordt genoemd en na afloop kan er koffie worden gedronken in gebouw Elim. Na votum en groet vraagt de dominee of er kinderen in de kerk zitten. Ze ziet er twee, er komen vier naar voren. De dominee vertelt over de betekenis van de avondmaalstafel. Vandaag vieren we dat God van ons houdt. Naast de tafel staat de Paaskaars die brandt, het licht van Pasen.
De dominee leest uit het Evangelie van Johannes, hoofdstuk 4 de verzen 7 tot 14 over de werking van Gods liefde in ons mensen. Dit gedeelte behoort tot de kern van het Nieuwe Testament. Er bestaat een legende over Johannes. Tot op hoge leeftijd hield hij elke week een preek. Maar ze werden korter en korter. Johannes werd zwak en zijn preken werden nog korter. Tot hij tenslotte zijn boodschap als volgt samenvatte: ‘Kinderen, denk aan de liefde van God, de rest is een verhaal er om heen’. Wat zal er over blijven van mijn preken, wat zal er over blijven van mijn geloof als ik oud ben geworden? Vragen die velen zich stellen. Van huis uit hebben we het geloof meegekregen. Het is aangevochten door moeiten en verdriet. Maar er zijn ook mooie dingen in ons leven. Dat geloof willen we doorgeven aan een jongere generatie. Wat willen we geloven? Wat willen we niet kwijt? Dat is de liefde. De brieven van Johannes staan er vol van. Wij weten van oorlogen, rampen en andere ellende. En toch horen we de boodschap van Gods liefde. Dat Hij niet loslaat wat zijn hand begon. Er moet een plaats zijn waar gesproken wordt over die liefde en de verhalen er om heen. Dat is hier in de kerk. Dat zijn verhalen over mensen, verhalen van die Ene, Jezus. De liefde van God is ons getoond in de man van Nazaret, de zoon van God die zichzelf gegeven heeft. In Zijn naam zijn wij hier om vast te houden aan het verhaal van die liefde. Vandaag wordt het ons getoond in de tekenen van brood en wijn, het gebroken brood en de vergoten wijn. De symbolen van het lijden en sterven van Jezus. God kust hem wakker op de ochtend van Pasen. Opdat wij zouden weten dat er meer is, meer is dan gemis. Het kwaad lijkt onoverwinnelijk maar de liefde is er aan gewaagd. De liefde is sterker, sterker dan de dood. Wij lijden aan het kwaad maar de goede machten zijn er ook. Daarover gaat het vandaag als we avondmaal vieren. We zijn geroepen om te laten zien dat er een God van liefde is. Laten we daaraan denken bij brood en wijn en laten we daaruit leven. De preek is wat langer geworden dan die van de oude Johannes. ‘Kinderen, denk aan de liefde en de rest, de rest is een verhaal er om heen’. Moge de Heer ons helpen Zijn liefde te ontvangen en door te geven.
Na het amen van de preek worden van lied 377 de eerste vijf verzen gezongen en na een mededeling van overlijden van een gemeentelid de verzen 6 en 7. Na de gebeden wordt de avondmaalscollecte gehouden en komen de kinderen weer binnen. Drie kinderen blijven voorin staan, de dominee vraagt de vierde om er nog even bij te komen staan. ‘Weet je aan wie je moet denken bij het Avondmaal?’, vraagt de dominee. ‘Aan Jezus’, zegt de één, ‘De Here God’, zegt een ander. Toen Jezus voor de laatste maal met zijn discipelen at zei Hij dat ze dat met elkaar moesten blijven doen. Het avondmaal betekent dat we bij God en bij elkaar horen en dat iedereen gelijk is. De viering van het avondmaal begint met het zingen van de ‘Tafel van Een’. De viering is lopend. Er kan wijn worden gedronken uit een avondmaalsbeker of uit kleine bekertjes, er is ook druivensap en er is glutenvrij brood. De dominee besluit de viering met het lezen van enkele verzen uit Psalm 103. Dat zou de lievelingspsalm van Jezus geweest. In die Psalm mogen we mensen steeds een nieuw begin maken, God draagt ons geen zonden na. Na de zegen worden de verzen 1 en 6 van het Wilhelmus gezongen.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Kerk, PKN. Bookmark de permalink.