Israëlzondag 2017

De eerste zondag in oktober is het Israëlzondag. Sinds 1949 bestaat deze traditie. In dat jaar stelde de Hervormde kerk een Israëlzondag in, net na de oprichting van de staat Israël. Vanaf 1950 op een vaste zondag in het jaar. Begin oktober van elk jaar is de periode dat de Joden hun grote feesten houden zoals Nieuwjaar, Grote Verzoendag, Loofhutten en Vreugde der Wet. In 1984 hebben de Gereformeerde kerken een Israëlzondag ingesteld. Bij de ingang van de Oude Helenakerk wordt aan de kerkgangers een folder uitgereikt van Kerk en Israël Aalten Bredevoort. Harry van Wijk is vanmorgen de organist, Arjen Timmers treedt op als koster. Theo Bannink leest de mededelingen en deelt mee dat ds. Hendrik Jan Zeldenrijk de voorganger is. In de vacature voor kerkelijk werker in de wijk Lintelo is voorzien door benoeming van Netty Hengeveld uit Eibergen. Ds. Wilma Onderwaater wordt bedankt voor haar inzet en veel geluk gewenst. De verzen 1 en 3 van Psalm 122 worden gezongen waarna de dominee bemoediging en groet uitspreekt.

Hierna licht Fop van Wijk, voorzitter van Kerk en Israël Aalten Bredevoort, toe waarom Israëlzondag wordt gehouden. De grote Joodse feesten heeft Jezus in zijn tijd meegevierd. Hij is geboren binnen dat oude uitverkoren volk van God en dat heeft een diepe betekenis. Jezus had geen Egyptenaar of een Nederlander kunnen zijn. Zijn verschijning is gebonden aan dat ene volk. Het volk van Abraham waar God een verbond mee heeft gesloten. Daarom zijn ook wij verbonden met dat volk van Israël. In de huidige tijd veroordelen en bestrijden wij antisemitisme en voelen ons betrokken bij de staat Israël. Het gaat om de vraag hoe wij verbonden kunnen blijven bij het volk van Israël. Fop van Wijk deelt nog mee dat na afloop van de dienst de Synagoge open is. De dominee leidt Lied 859 in. Ook voor ons geldt dat het niet altijd lukt om te antwoorden op Gods trouw. Na het zingen van dit lied zegt de dominee dat het volk van God de tien geboden kreeg. Tien regels om goed met elkaar te leven. Hij leest ze de dominee uit de Bijbel in gewone taal, Exodus 20, en zoekt dan in deze Bijbel Matteüs 22 op: “Eén van hen, een wetsleraar, stelde Jezus een vraag. Hij zei: ‘Meester, wat is de belangrijkste regel in de wet?’ Hij hoopte dat Jezus iets verkeerds zou zeggen. Jezus antwoordde: ‘De eerste en belangrijkste regel is deze: «De Heer is je God. Je moet van hem houden met je hele hart, met je hele ziel, en met je hele verstand.» Maar de tweede regel is net zo belangrijk: «Van de mensen om je heen moet je evenveel houden als van jezelf.» Die twee regels zijn de basis van de wet en van de andere heilige boeken.’’ Na het gebed om de leiding van de Heilige Geest mogen de kinderen naar voren komen. Het zijn er vijf. De kleinste mag het kaarsje dragen naar gebouw Elim waar ze met hun leidster naar toe gaan.

De Schriftlezing is uit Matteüs 21 de verzen 23 tot 32, de hogepriesters en oudsten vragen aan Jezus op grond van welke bevoegdheid Hij deze dingen doet. Na het zingen van lied 826 begint de dominee aan zijn verkondiging. ‘Wat je zegt moet je ook doen’. Daar is iedereen het wel over eens. Maar het valt niet altijd mee. Als je nadenkt over je leven en als je eerlijk bent kom je daar wel achter. Je hebt dingen gezegd die je niet hebt gedaan. Er is ook teleurstelling over anderen. Ze deden niet wat ze zeiden. In het gelezen gedeelte komt dat ook tot uitdrukking. De ene zoon zegt nee maar doet ja, de andere zoon zegt ja maar doet nee. De hogepriesters zijn als die zoon die ja zegt, ze doen zelf niet wat ze leren. Ze zeggen ja maar ze doen nee. De anderen dat zijn de tollenaars en de hoeren. Die zijn op de weg van de gerechtigheid. De hogepriesters en oudsten konden zich niet verheugen over hen die het anders gingen doen. Ze beseffen niet dat de mogelijkheid van omkeer er is. Of zoals rabbi Boenam zei: ´De grote schuld van de mens is niet de zonden die hij begaat, -de verzoeking is sterk en zijn kracht maar klein ! – de grote schuld van de mens is, dat hij ieder moment kan omkeren en het niet doet.

Bij Jezus gaat het ook om omkeer. De twistgesprekken die hij voert gaan daarover. Wat betekent de liefde van God voor de mensen. Laten de hogepriesters en oudsten wel ruimte voor de liefde en trouw van God? Jezus spreekt over de twee zonen die in de wijngaard moesten werken. ‘Wie heeft de wil van zijn vader gedaan?’ De hogepriesters antwoorden de eerste. Jezus schrijft de hogepriesters en oudsten niet af, ook zij komen in Gods koninkrijk. ‘Maar de tollenaars en hoeren zijn u voor bij het binnengaan van het koninkrijk van God.’ Ongetwijfeld hebben wij ook van die zonen in ons midden. Hoeveel hebben er niet ja gezegd. ‘Wil je meewerken aan de opbouw van de gemeente van Christus?’ Ja, is het antwoord; ze doen nee. Die nee zeggen en ja doen zijn er ook. Gelukkig zijn er ook die ja zeggen en ja doen. Is dat de grootste vreugde in het gelezen gedeelte? De grootste vreugde is dat Gods liefde ook voor hen geldt die ja zeggen en nee doen. Moeten we in zitten over onze familie, kinderen en kleinkinderen die niet meer meedoen? Gods trouw is er ook voor hen. De liefde van God haalt de kramp uit ons leven.

Elke zondag is voor ons een vreugdevolle dag. Omdat we ons verbonden weten met anderen en aangesproken voelen. We zijn nooit allen, in geen enkele omstandigheid. We zijn nooit zonder God. In deze tijd is er veel kerkelijke kaalslag. Ook onze gemeente. Maar toch. De kerk blijft overeind. Wij willen ja zeggen en ja doen. Gods liefde haalt de kramp uit ons leven. Natuurlijk is het verdrietig dat in onze familie zovelen Gods liefde buiten hun leven houden. Afgelopen vrijdag las de dominee tijdens zijn meditatief moment uit Efeze 2. ‘Door zijn genade bent u nu immers gered, dankzij uw geloof. Maar dat dankt u niet aan uzelf; het is een geschenk van God en geen gevolg van uw daden, dus niemand kan zich erop laten voorstaan.’ Niet door eigen prestaties, maar een geschenk van God. Daar kun je maar een ding op zeggen: Amen.

Lied 845 wordt gezongen, er is eerst een afkondiging van de bevestiging van een huwelijk en daarna een afkondiging van overlijden van een gemeentelid waarna lied 753 wordt gezongen. De dank- en voorbeden worden door de dominee en door Fop van Wijk uitgesproken. Tijdens de collecte voor het werk van Kerk en Israël speelt Harry van Wijk een koraalvoorspel van Max Reger, gebaseerd op het loflied van Simeon. De verzen 1,3 en 7 van lied 146c worden gezongen en na de zegen wordt lied 425 gezongen.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Kerk, PKN. Bookmark de permalink.