Zeemansliederen of uiensnijders

“Van al het geleuter hoor ik niks, de muziek klinkt me als een wals in de oren”, aldus een aanwezige. De uitspraak wordt me verteld terwijl John Mantingh op de piano speelt. Hij heeft als laatste spreker het woord gevraagd. Hij zegt dat hij zo nu en dan op de piano speelt tijdens een lunch. Sommigen vragen er naar, anderen zijn er misschien niet gecharmeerd van. Toch heeft hij verder gekeken in de Nederlandse muziek. Niet naar krontjong muziek, geen Zuid-Afrikaanse liederen en ook geen Surinaamse. Nee, hij heeft wat anders gevonden. John neemt plaats achter de piano en begint te spelen. Al gauw is er bij de wapenbroeders herkenning. ‘De klok van Arnemuiden’, de ‘Zuiderzee ballade’, etc. Enkele liedjes worden enthousiast meegezongen. Er zou wel een shantykoor gevormd kunnen worden. Dit brengt schwung en sfeer en verhoogt de stemming. John krijgt terecht applaus. Onze president van dienst bedankt hem voor het ten gehore brengen van deze zeemansliederen of Duitse tranentrekkers, of – zoals iemand aan de hoofdtafel opmerkt – uiensnijders. Bij mij aan tafel klinkt opeens ‘Op de hoek van de straat’, maar dat behoort niet tot het door John naar voren gebrachte repertoire. Na deze muzikale bijdrage wordt het nagerecht opgediend.

De Brabantse lunchtafel in ‘de Waag’ in Boxtel begint als gebruikelijk met het binnenlopen in het restaurant, elkaar begroeten en dan het nuttigen van het aperitief. Er worden verhalen verteld. ‘Pieter stal eens mijn broek. Ik trok mijn regenjas aan en zat op de fiets met blote benen’, zo vertelt Rens. Pieter weet zich dat nog goed te herinneren. Hij was nog Elnt en pc op de SROC. In een kamer vond hij een broek met daarop een pistool met 9 scherpe patronen. Het raam stond open. Pieter ontfermde zich over de goederen. ‘De verhalen worden bij het ouder worden steeds mooier’, zo is de ervaring van Barend. Op de gebruikelijke tijd gaan we naar de Winterzaal, blijven staan achter onze stoelen, wachten op de muziek van de Huzarenmars en zingen het Huzarenlied uit volle borst.  Dan spreekt Dick Soelaksana zijn welkomstwoord uit. Normaal gesproken schenkt hij geen aandacht aan lichamelijke ongemakken maar hij is heel blij dat Rens Sol weer in ons midden is. Rens heeft wel een jasje uitgedaan. Dick komt nog even terug op het VOC-diner van afgelopen zaterdag in een kerk in Utrecht. Het was zeer geslaagd. De opkomst kon hoger. Er waren 100 deelnemers, de vorige keer – bij het 80jarig bestaan waren het 170. Dick roept ons op om aanwezig te zijn bij het diner ter gelegenheid van het 90jarig bestaan over vijf jaar. Er liggen twee felicitatiekaarten gereed ter ondertekening. De eerste is voor Nico Tak, hij is bevorderd tot Genmaj. De tweede is voor Willem van Kempen die een KO heeft gekregen.

Hans Snip, erelid van deze tafel, krijgt het woord. Het eerste glas wijn aan tafel heeft hij aangeboden. Gisteren was een heuglijke dag. Hij en zijn vrouw waren zestig jaar getrouwd. ‘Ampoen, ampoen’, wordt er geroepen. Het woord wordt me uitgelegd. Kort en goed betekent het ‘medelijden’. Nathalie geeft een toelichting bij de soep. Het is van knolselderij met truffels en spekjes. Tijdens het voorgerecht zijn er geen sprekers. Er worden foto’s gemaakt. Er hangen prachtige schilderijen tijdens elke lunch aan de wand achter de hoofdtafel. Schilderijen die tijdelijk geëxposeerd worden. Maar niet ieder fraai huzarengezicht wordt mooier op de foto met op de achtergrond deze kunstwerken. Daarom fluistert een aanwezige de president wat in het oor. Dick vertelt. Een erelid heeft opgemerkt dat de hoofdtafel voor de vlag van de VOC zou kunnen staan. De president van dienst voelt er wel voor maar wil ook de opinie van de aanwezigen weten. Die betuiging hun adhesie met applaus en handgeroffel op de tafels. Dick zal het bespreken met de leiding van ‘de Waag’.

Dick heeft in zijn welkomstwoord ereleden en tafeloudste niet genoemd maar wil nu enkele woorden tot Pieter Blussé zeggen. Eigenlijk stond in het afgelopen jaar elke lunch in het teken van zijn 90e verjaardag. Eerst zou het gebeuren in juni, dan werd het verschoven. Toen was het veel te warm weer en tenslotte is het in augustus gevierd. Nu zegt Dick enkele woorden ter afsluiting van de feestelijkheden. Er is een fotoalbum gemaakt en dat biedt Dick aan Pieter aan, staande voor de VOC-vlag. Pieter bedankt met de volgende woorden: ‘Ouder worden is geen verdienste maar het verkeren in dit gezelschap geeft zoveel motoriek dat het vanzelf gaat’.

Het hoofdgerecht komt op tafel. Een entrecote met rucola en risotto. Barend Koopman heeft al aan de president laten weten dat hij wat wil zeggen. Hij is kort van stof. Hij gaat binnenkort in Arnhem wonen. Blijft daar nog 15 jaar en zal dan wel zien. Het is een rustige lunch met veel tijd voor onderlinge gesprekken. Dan vraagt John Mantingh het woord en begint toe te lichten dat hij piano gaat spelen. Iedereen vraagt zich af wat hij ten gehore gaat brengen maar we moeten het eerst maar horen en herkennen. Een aangenaam intermezzo tot het nagerecht op tafel komt. Cake met calvados en kamille en een ijsje.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink.

Eén reactie op Zeemansliederen of uiensnijders

  1. Dirk van Zuidam schreef:

    Het voortaan opnemen van een overzichtsfoto van de lunchgasten geeft een nog grotere
    meerwaarde aan het verslag.

Reacties zijn gesloten.