Vertrouwen in de toekomst van de kerk

In de dienst in de Oude Helenakerk worden vanmorgen drie ambtsdragers bevestigd en worden van twee afscheid genomen. Ik had een wat beter bezette kerk verwacht, maar de tijd dat de nieuw te bevestigen ambtsdragers een grote aanhang meebrachten is voorbij. Een minderheid van leden van de Protestantse gemeente Aalten zit in de kerk. Toch kan een minderheid bepalend zijn voor de meerderheid. Daar zal ds. Riemer Faber in zijn overdenking aandacht aan besteden. De organist is Joop Ormel die voorafgaande aan de dienst een paar mooie trillers laat horen. Theo Luiten is tijdens deze dienst koster, ouderling Bert Helmink leest de afkondigingen. De intochtspsalm is Psalm 150, de verzen 1 en 2 worden gezongen. Na stil gebed volgt bemoediging en groet en geeft de dominee een toelichting op de kleur rood. Het antependium, het kleed dat aan de kansel hangt, en de stola over de toga is rood. Die kleur wijst heen naar de Heilige Geest. Dat is omdat er vanmorgen drie ambtsdragers in hun ambt worden bevestigd en we afscheid nemen van twee ambtsdragers. De verzen 1,2,3 en 7 van lied 215 worden gezongen als morgenlied. Na het Glorialied volgt het gebed bij de opening van het Woord. De dominee kijkt rond, hij heeft twee kinderen gezien. Die gaan naar de kindernevendienst. ‘Durf je wel?’, vraagt de dominee. De kinderen knikken zeer instemmend. Die twee zijn een minderheid. ‘Daar gaat het vanmorgen over in de kerk’, zegt de dominee. Beide willen de kaars wel dragen, de dominee vraagt de een of die het goed vindt dat de ander dat doet. Uit Richteren 7 worden de verzen 1 tot 8 gelezen. Het leger, 32.000 man, dat Gideon aanvoert om de Midjanieten te verslaan is te groot, Israël zou zich erop kunnen beroemen dat het op eigen kracht de vijand heeft verslagen. Gideon houdt een bende van 300 man over. Na het zingen van vers 1 van lied 905 wordt Johannes 20:19-22 gelezen.

‘Geloven is in de minderheid’, zo begint de dominee zijn verkondiging. Je hoeft geen geleerde te zijn om dat te kunnen vaststellen. Het is een landelijke trend, overal worden kerkdeuren gesloten. Ook in Aalten ontkomen we niet aan dat proces. Van het Jeruzalem van het Oosten is weinig meer over. Toen ik begon, dat is al weer even geleden, waren de kerken nog goed gevuld. In de Gereformeerde kerk, we waren toen nog niet verenigd, werden in vier gebouwen twee kerkdiensten per zondag gehouden. Toen zat 35% van de leden van de gemeente elke zondag in de kerk, nu is dat nog geen 10%. Daar kunnen we op verschillende manieren mee omgaan. Je kunt er somber van worden, hoe lang gaat de leegloop van de kerken nog door? De gemiddelde leeftijd van hen die actief zijn in de kerk wordt steeds hoger. Het stemt niet tot vrolijkheid als het om de toekomst gaat. Somberheid overvalt ons.

Geloven is in de minderheid. Kun je er ook anders mee omgaan? Daarvoor gaan we terug naar het verhaal over Gideon, de rechter. Het volk van Israël is het beloofde land binnengetrokken maar is niet veel verder gekomen dan de bergstreken. De tijd van Mozes en Jozua is voorbij. Er is geen gouden eeuw aangebroken. De vruchtbare laagvlakte van het land is nog in het bezit van andere volken. Die volken houden bovendien strooptochten in de bergen en vernielen de oogst. De wanhoop van het volk is groter dan het vertrouwen in God. Dan komt Gideon die de bijnaam Jerubbaäl heeft. Dat betekent dat hij een strijder tegen Baäl is. Dat wijst erop dat het verval van Israël te maken heeft met vertrouwen op andere goden dan God. Gideon komt uit een kleine familie en is ook nog de jongste van het stel. God wil niet afhankelijk zijn van de kracht of het aanzien van de geroepene maar legt er de nadruk op dat de geroepene vertrouwen heeft op Hem. Gideon wil optrekken met een groot leger tegen de Mideanieten, maar daar steekt God een stokje voor. Hij wil niet dat Israël zich op eigen kracht beroept. Het leger is te groot, wie bang is mag naar huis. 22.000 mannen gaan naar huis, 10.000 blijven erover. Dat zijn er nog teveel. Wie het water oplikte met zijn tong mocht blijven. Er blijven 300 man over. Met hen moet Gideon de strijd tegen de Midjanieten aangaan. Die wordt op wonderbaarlijke wijze gewonnen. Een minderheid triomfeert.

Di verhaal over de minderheid die triomfeert staat in de Bijbel niet op zichzelf. Telkens weer komen we in het Oude Testament verhalen tegen waarbij een kleine minderheid een grote betekenis heeft voor de meerderheid. Omwille van 10 rechtvaardigen wil God de verdorven meerderheid van Sodom en Gomorra nog redden. Een kleine minderheid kan bepalend zijn voor het wel en wee van de meerderheid. Soms zelfs om de persoon van 1 rechtvaardige zoals Mozes die God ervan weerhoudt om het volk van Israël te vernietigen omwille van de dienst aan het gouden kalf. Ook de uitverkiezing van Israël is een voorbeeld hoe een minderheid in de Bijbel een heel grote betekenis kan hebben.

Het is goed om daarbij eens stil te staan. Geloven mag dan in de minderheid zijn maar kun je aan de andere kant niet zeggen dat het de moeite waard is om in die minderheid te geloven? Een meerderheid heeft het gevaar in zich dat het allemaal wat gezapig kan worden en vanzelfsprekend. Als je een minderheid bent wordt je uitgedaagd om je af te vragen waar je voor staat. Het brengt je terug bij je roeping. Het bepaalt ons erbij waar het eigenlijk om gaat, wat de kerk eigenlijk is. De kerk is aangewezen op de Heer. Dat betekent het woord kerk, kuriake, dat wat van de Heer is. Een minderheid hoeft geen roepende in de woestijn te zijn, er kan een geweldige kracht van uitgaan. Er moet wel iets bij gezegd worden. Geloven in een minderheid is geen doel op zichzelf. God koos die 300 mannen niet omdat zij zoveel beter waren dan de anderen. Het ging niet om de slagkracht van Israëls leger, maar dat het vertrouwen op God van wezenlijk belang was. Daarom is het niet goed de minderheid te romantiseren. Het gaat er niet om dat we kleine kern overhouden of een ideale groep van actieve mensen. Nee, de minderheid heeft altijd een roeping. Israël wordt als nietig volkje uitverkoren om een licht voor de wereld te zijn. Net als in de tijd van de ballingschap. Een kleine kern draagt de kiem in zich van een nieuwe gemeenschap.

Nu kom ik bij het andere gedeelte dat gelezen is. De 12 discipelen vormen een kleine minderheid. Ze zitten een paar dagen na de kruising van Jezus bij elkaar en vragen zich af wat er met hen gaat gebeuren. Worden ze opgepakt als volgelingen van een oproerkraaier? De deuren van het huis hebben ze vergrendeld en zich van de buitenwereld afgesloten. Dan komt Jezus binnen en zegt: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit’. Ik denk dat dit een van de belangrijkste teksten van het Evangelie is. De kerk moet niet naar binnen gericht zijn, ook niet als zij een minderheid vormt. Ze moet niet bezig zijn met zichzelf. Met kerkverlating, onverschilligheid en noem maar op. Dan ontstaat al gauw het gevoel dat het drie keer niks is: Het is niks, het wordt niks en het zal ook nooit meer wat worden.  Natuurlijk de kerk moet draaiende worden gehouden, maar de kerk moet niet alleen zichzelf bezig zijn. De deuren moeten worden opengezet. Jezus verkondigt zichzelf bij de discipelen als onze vrede. Ze mogen leven vanuit de opstanding van Jezus. Hij heeft de dood overwonnen. Dat mag ons het vertrouwen geven dat we het allemaal niet voor niets doen.  We hebben een boodschap, een boodschap van vrede, een boodschap van vergeving en een boodschap van verzoening.

Vandaag worden nieuwe ambtsdragers bevestigd. Dat is al de tweede keer dit jaar. Daar zijn we blij om. Blij dat het werk van de kerk door steeds nieuwe mensen wordt gedragen. Het zijn geen mensen met een groter geloof of vertrouwen dan andere mensen. Het zijn mensen die op hun eigen manier, met hun eigen mogelijkheden mee willen werken aan de vormgeving van onze gemeente. Een gemeente die geroepen is om de boodschap van Gods liefde en vrede te verkondigen en zo in vertrouwen op Hem te mogen bouwen aan Zijn koninkrijk op aarde. Van harte hoop ik dat jullie vreugde en inspiratie mogen ontvangen en dat wij open mogen staan voor het werk dat zij doen.

Na het amen van de preek worden van lied 968 de verzen 1,4 en 5 gezongen. Dan volgt afscheid en bevestiging van ambtsdragers. Afscheid wordt genomen van Rachel Kraaijenbrink. Ze was jeugdouderling en was ook voorzitter van de jeugdraad. De dominee zegt haar dank voor haar werk. Leis Lensink is ook aftredend maar is vandaag verhinderd. Guus Luiten wordt jeugdouderling, Wim Bulsink ouderling-scriba van de wijk Barlo/Dale en Johan van Eerden wordt diaken. De dominee leest vier vragen voor die bevestigend worden beantwoord, waarna staande de verzen 1 en 2 van lied 362 worden gezongen. Wim Westerveld, ouderling van dienst, overhandigt de vier ieder een rode roos. De gebeden volgen, elke gebedsintentie wordt afgesloten met het zingen van lied 256, ‘Blijf met uw genade bij ons …’   Na de collecte wordt tot slot lied 425 gezongen en wordt de zegen gegeven. De ouderling van dienst en de dominee overleggen met elkaar en dat heeft als uitkomst dat de dominee bij de uitgang aan Elimzijde gaat staan. In gebouw Elim kan een kopje koffie, thee of fris worden gedronken en het vertrekkende en de nieuw bevestigde ambtsdragers de hand worden geschud.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Kerk, PKN. Bookmark de permalink.

3 reacties op Vertrouwen in de toekomst van de kerk

  1. Jan Schild schreef:

    Beste Tijme,

    Van zo’n preek knap je op. Dank voor verslag. Bewonder zeer dat jou het lukt dat zo te doen. Dank ook voor realistisch beeld. Bij de naam Johan van Eerden dacht ik mer weemoed aan de Johan van Eerden van de Inspectie der Rijksfinanciën. Weet niet of jij die ook gekend hebt. Zo was Aalten voor mij toch weer even Jeruzalem van het oosten.
    Vr. groet,
    Jan

    • Tijme J. Bouwers schreef:

      Jan, dank voor je reactie. Moed en vertrouwen daar gaat het om in deze voor gelovigen zo barre tijden in de Westerse wereld.
      Johan van Eerden heb ik bij de IRF niet meegemaakt. Vergeet niet dat ik 40 jaar geleden, op 6 sept. 1976, geïnstalleerd werd als burgemeester van Ferwerderadeel. De toenmalige directeur van de IRF, J. Viersen, heeft toen in het Gereformeerd verenigingsgebouw ‘de Antenne’ nog het woord gevoerd. De Geref. kerk van Ferwerd is intern mooi verbouwd, het verenigingsgebouw is verkocht.

  2. Jan Schild schreef:

    Beste Tijme,

    Dank voor antwoord. Je weet me weer wat nieuws te vertellen: Viersen speechend in geref. verenigingsgebouw Ferwerd. Fijn dat we onze relatie nog kunnen onderhouden via je website. Hoop nog lang.
    Vr. groet,
    Jan

Reacties zijn gesloten.