Verwarring

In de Oude Helenakerk is vanmorgen een dienst. De gebruikelijke Oranjedienst ter herdenking van de jaren van bezetting en ter viering van de vrijheid wordt vanavond niet gehouden, vanmiddag is er een bevrijdingsconcert van het Aaltens Christelijk Mannenkoor en het Christelijk Schevenings Mannenkoor. De voorganger in deze dienst is ds. Hendrik Jan Zeldenrijk en de organist is Harry van Wijk. Vlak voor het begin van de dienst houdt het orgelspel op, de klokken luiden nog even door. Wanneer die stil vallen verwelkomt Bert Helmink de kerkgangers en leest de mededelingen, lied 283 wordt gezongen, stil gebed, bemoediging en groet volgen en van Psalm33 worden de verzen 1 en 2 gezongen. Na gebed en het zingen van de verzen van lied 885 mogen de kinderen naar voren komen. De dominee staat klaar voor een praatje, loopt heen en weer en vraagt zich net als de kerkgangers af of er wel kinderen in de kerk zijn. Er komen er twee en er komt een leidster. ‘Wel luxe, 1 op 2’, zegt de dominee. Het lichtje wordt aangestoken, de dominee hoopt dat de leidster geen ordeproblemen heeft.

Uit Johannes 21 worden de verzen 1-17 gelezen waarna de verzen van lied 834 worden gezongen. De dominee begint zijn overdenking met het noemen van de verwarring die je leest uit de verhalen na Pasen in de Bijbel. Verwarrend is het voor de leerlingen van Jezus. In hun verwarring grijpen ze terug op waar ze goed in zijn. Ze gaan vissen. Een mooie gedachte. In perioden van verwarring ga je doen waar je vertrouwd mee bent. Dat geldt ook voor de kerk. Welke kant moeten we op? De aantrekkingskracht op een nieuwe generatie is gering, ze laten de kerk links liggen. De mensen zijn erg kritisch geworden. Er zijn ook mensen die denken dat de kerk ten dode is opgeschreven. Hoe kunnen we dat omdraaien? Er zijn genoeg experimenten, maar de verwarring blijft. Hoe ziet het erover tien jaar uit? Laten we eerst eens teruggaan naar waar we in goed in waren en zijn. Dat we erbij zijn bij belangrijke momenten in iemands leven. Met woorden en liederen van hoop en een nieuw begin. Wij, predikanten, zijn er niet om mensen een goed gevoel te geven maar om elkaar tekenen van nieuw perspectief aan te reiken. In de afgelopen week had de dominee nog zo’n ervaring. Dat bij mensen die ver weg van de kerk zijn geraakt dingen boven komen waarvan je zegt: Het is er nog, het vertrouwen in God.

Terug naar het verhaal. De leerlingen hebben de hele nacht gevist en niets gevangen. Hebben jullie iets te eten, vraagt iemand op de oever. Gooi het net uit over de andere boeg, zegt hij. Ze komen terug met de grootste vangst ooit. Ze hebben hard gewerkt, komen aan land en er is al een vuurtje met brood en vis. Dan denk je: Was het wel nodig? God gaat met onze inspanningen op een bijzondere manier om. Ten diepste hangt de toekomst niet van onze inspanningen af. Dat geldt ook voor de kerk. Het Koninkrijk van God hangt niet van de leerlingen af. En ook niet van ons. Natuurlijk dragen de inspanningen van de leerlingen bij. Maar de gedachte dat het niet allemaal van jou afhangt geeft rust.

Ook in ons leven ontmoeten we de Heer. Altijd, op elk moment en op elke plek kun je zo’n ontmoeting hebben. Maar altijd geldt dat wat jij doet overspoeld wordt door wat Hij doet. Je mag altijd opnieuw beginnen. Ook in dit verhaal klinkt dit door. Het is het laatste gesprek. Dan worden dingen gezegd die nog gezegd moeten worden. Als die gezegd zijn geeft dat rust. Tussen Petrus en Jezus staat nog altijd het verraad van Jezus. Hier wordt Petrus door Jezus vergeven. Petrus mag de schapen weiden. Geloven is vertrouwen op Gods liefde. Zo mogen we leven met de rust, vrede en vreugde van het geloof. Dat kun je alleen als je jouw geloof deelt met de Heer. Besef dat je altijd opnieuw mag beginnen. Dat is de grond waarop je mag leven en sterven. Als je dat beseft kun je ook iemand in jouw omgeving de kans geven om opnieuw te beginnen.

Na het amen van de preek volgt eerst orgelspel waarna lied 315 wordt gezongen. Er volgt een mededeling van overlijden van twee leden van de gemeente waarna de verzen 2 en 4 van lied 657 worden gezongen. De dank- en voorbeden worden uitgesproken, er wordt gecollecteerd waarna de verzen 1 en 2 van lied 415 worden gezongen. De zegen wordt uitgesproken, vers 3 van lied 415 gezongen waarna het eerste en het zesde couplet van het Wilhelmus worden gezongen.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Kerk, PKN. Bookmark de permalink.