Afscheid van ds. Wytze Andela – Anders kijken, je hart laten spreken

Vanmorgen is in de Oosterkerk de afscheidsdienst van ds. Wytze Andela, afgelopen vrijdagavond is er een afscheidsbijeenkomst in de Zuiderkerk geweest. Beide bijeenkomstenIMG_0389 zijn druk bezocht. De afscheidsbijeenkomst begint om zeven uur ’s avonds. Er is gelegenheid om de naar Neede vertrekkende dominee de hand te schudden. Er staat een lange rij in de hal, ieder wacht op zijn of haar beurt om Wytze en zijn vrouw, ds. Marieke Andela-Hofstede, de hand te schudden en zoekt dan een plek in de kerkzaal waarIMG_0387 Jan Heideman, voorzitter van de kerkenraad, ds. Marten Jan Kooistra, namens de collega’s, en Arnold Arentsen, namens de redactie van Kerkvenster, de scheidende predikant toespreken. Advendo uit Lintelo brengt een muzikale hulde en ds. Wytze Andela spreekt een dankwoord. Er is nog een drankje en een hapje in de hal. In de toespraken klinkt veel waardering door, de dominee krijgt een positief rapport mee. Tijdens de dienst vanmorgen is de kerk goed bezet. Er is aanzienlijk meer geroezemoes voorafgaande aan de dienst dan gebruikelijk. Gasten zijn er ook, tot uit het hoge Noorden van Friesland toe. Op het scherm staan de namen van allen die aan de dienst meewerken waarbij ook genoemd worden de ouderling die het woord van welkom spreekt, Hanny Rensink, en de ouderling van dienst, Paul Kurpershoek. Janieke Mollenhorst bespeelt het orgel en Peter Bruin begeleidt met trompet. Bij binnenkomst van de kerkenraad met de dominee klinkt applaus. Lied 91a is het eerste lied dat wordt gezongen. ‘Waarom, waarom is er zoveel geweld in de wereld als er een God is? God is toch de God van Pasen?’ dat zijn vragen die de dominee vaak gehoord heeft als er iets ergs gebeurd is in de wereld of in eigen leven. Straks zullen tekeningen getoond worden van kinderen met als titel ‘War Child’. Beelden die vol staan met geweld. Op de achtergrond klinkt dan het koraal van Bach: Christ ist erstanden. Een lied van geloof en verwachting, lied 433, wordt in wisselzang gezongen. De kinderen komen naar voren. De dominee heeft gehoord dat ze gespaard hebben. Tijdens de nevendienst brengen ze wat geld bij elkaar. Het geld van vorig jaar is voor de Stichting Vrienden van Moldava. Dat ligt in Roemenië en is een van de armste streken van het land. Kinderen hebben geen kleren om zich tegen de kou te beschermen. ‘Weten jullie hoeveel het geworden is?’, vraagt de dominee. Een kind steekt de vinger op en zegt: 11.000 Euro. Dat is een mooi bedrag maar een nulletje teveel. Er verschijnt een cheque op het scherm met het bedrag: € 1.465,75. Applaus is er voor de kinderen. Mevrouw Diny Teeuwsen neemt namens de stichting de cheque in ontvangst. Ze zegt dat het geld goed besteed gaat worden. In het afgelopen jaar zijn 100 bedjes gekocht. De dominee vertelt dat de kinderen in Neede, voordat ze naar de nevendienst gaan, een liedje zingen; een liedje over mooie dingen. Dat gaan we nu ook doen. Het is het liedje: ‘Voor we gaan, voor we gaan, steken we een kaarsje aan’. Janieke Mollenhorst komt vanachter het orgel naar beneden en zingt het liedje eerst voor. ‘Zouden we het met z’n allen kunnen? Ja, wel!’ Dan wordt het lied gezongen. Janieke laat ons een regel over zingen. Dan zingen we nog een keer het hele liedje en de ruim 20 kinderen verlaten de kerkzaal. Jan Gussinklo leest Genesis 4:1-10, het verhaal over Kaïn en Abel. Janieke Mollenhorst begeleidt het zingen van lied 918 op de piano. Marlies Heideman leest uit Matteüs 25 de verzen 31-46, ‘En de Koning zal hun antwoorden en zeggen: Voorwaar, Ik zeg u, in zoverre gij dit aan een van deze mijn minste broeders hebt gedaan, hebt gij het Mij gedaan’. De dominee begint zijn overdenking met een grapje. Op een zondagmorgen komt een vrouw bij de pastoor. Ze vraagt vergeving voor haar ijdelheid. Als ze voorde spiegel staat dan zegt ze bij zichzelf: Wat zie ik er mooi uit. De pastoor antwoordt: ‘Dat is geen zonde, maar een vergissing’. In zijn studententijd zong de dominee het lied van pater Pieterke. Dat was een flierefluiter. Hij fietste wat rond, maakte met zijn parochianen een praatje en ook met andere mensen. Hij lustte graag een wijntje. En op zondagmorgen kwam hij vaak te laat, hij was aan het vissen. Hij overleed en de mensen dachten dat hij naar de hel ging. Maar in de hemel zit hij naast God en kijkt glimlachend naar al die dwaze mensen beneden op aarde. Ik weet niet of ik zo’n dominee als pater Pieterke ben geweest. Ik heb het wel geprobeerd, om ontspannen te zijn. Kijken met andere ogen, kijken als God. De dominee vertelt het verhaal van Kaïn en Abel in eigen woorden. Kaïn een smid, een ijzervreter. Abel een schaapherder, een slappeling. God kijkt naar het offer van Abel. Hoe kan dat? Gods aandacht gaat uit naar de minste der broeders, God kijkt met andere ogen. Dan vraagt God aan Kaïn: ‘Waar is Abel?’ En dan komt het bekende antwoord: Ben ik mijns broeder hoeder? Het verhaal uit Matteüs 25 gaat over mensen die hongerigen te eten gaven, voor vreemdelingen zorgden, gevangenen bezochten. De mensen kunnen het zich niet herinneren. Geweldig! Waarom? Het kwam van binnenuit. Niet de krachtige of de machtige, maar de blik van de minste, het breekbare, trok hun aandacht. Dat zijn twee verhalen over anders kijken. De laatste jaren ben ik zelf bezig geweest met levenskunst, met anders kijken. Hoe kijk je vanuit het hart, dat de dingen vanzelf gaan. Ik kon terugvallen op dat oude boek, de Bijbel, met verhalen en Jezus die zegt: Kijk naar de vogels, wat maak je je zorgen. Jezus voelde de band met God, de band van liefde. Kijk met de ogen van God dan is er hoop. Het licht is sterker dan het duister. Christ ist erstanden, opgestaan, het Licht heeft overwonnen. Wie kijkt met de ogen van God ziet dingen van waarde. Alles gaat voorbij, maar liefde is eeuwig. Vriendschap met God is eeuwige liefde. Het zijn de gewone daden van liefde en trouw die het kwaad in bedwang houden. Wees jezelf, ga door in geloof, hoop en liefde. Je bent niet machteloos, je bent niet alleen. Vroeger zong ik het lied van pater Pieterke. Straks speelt Janieke van Sweelinck ‘Malle Sijmen’. De noten tuimelen over elkaar heen. Het voelt als een danslied, het is een vrolijk lied. Malle Sijmen is zichzelf en iedereen vindt dat prima. De mensen worden er vrolijk van. Leven als Malle Sijmen, misschien is dat het wel. Leven is doen wat je kunt, je hart laten spreken. Malle Sijmen danst en lacht en God lacht met hem mee. Na het amen speelt Janieke Mollenhorst op het orgel het stuk van Sweelinck. De dank- en voorbeden worden uitgesproken door Jan Gussinklo, Hanny Rensink en de dominee en worden besloten met stil gebed en het Onze vader. Tijdens de collecte komen de kinderen weer binnen. Ze hebben een krans bij zich. Die is voor de dominee, die belooft dat de krans op zijn studeerkamer komt te hangen. Applaus. De dominee bedankt allen die zich hebben meegewerkt aan de voorbereiding van de afscheidsbijeenkomst en deze kerkdienst. Dat zijn er teveel om op te noemen. Hij bedankt ook de leden van de gemeente. In de 16 jaar dat hij hier gewerkt heeft, is er veel veranderd, maar gebleven is de liefde, de liefde van God. ‘Bij onze intrede lieten Marieke en ik een lied zingen. Toen nog onbekend, nu staat het in het liedboek. Het is een geloofsbelijdenis’. Lied 657, ‘Zolang wij ademhalen schept Gij in ons de kracht om zingend te vertalen waartoe wij zijn gedacht: elkaar zijn wij gegeven tot kleur en samenklank’. De voorzitter van de kerkenraad, Jan Heideman, krijgt het woord. Aan de hand van enkele foto’s loopt hij het leven van Wytze Andela langs. Geboren in Dordrecht, op de HBS in Aalten, gestudeerd in Groningen en Kampen. Hij is een inspirerende en verbindende factor, voor jong en oud. Hij is prettig in de samenwerking en zoekt samen met anderen naar de juiste weg. In vergaderingen komt hij met een helder en afgewogen oordeel. Kortom een stabiele factor. In zijn preken probeert hij dicht bij de mensen te komen. Twee woorden gebruikt hij veel: Dankbaarheid en verwondering. Dankbaar aan God en verwondering over wat hij ontdekt en herontdekt. Hij noemt nog een paar functies die ds. Andela heeft bekleed. Hij laat ds. Marieke Andela aan Aalten na en blijft zelf werken voor Kerkvenster. Tot slot spreekt hij de afscheidswoorden uit het Dienstboek (bij het afscheid van een predikant) waarna staande lied 416 wordt gezongen en ds. Wytze Andela de zegen uitspreekt. Na afloop van de dienst is er gelegenheid voor hen die dat nog niet gedaan hebben de dominee de hand te schudden en te bedanken voor zijn werk in de protestantse gemeente van Aalten.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Kerk, PKN. Bookmark de permalink.