In Easterein

Bij het verlaten van de kerk krijgt elke deelnemer aan de reünie een boekenlegger. Voorop drie foto’s, een van de toren, en twee van het interieur – het doksaal en het orgel. Op de achterkant staat een gedicht.

“Voorzichtig schuifel ik binnen in die grote lege kerk en ga langzaam zitten in een van die lege banken.

Ik sluit even mijn ogen en luister naar het bonzen van mijn op hol geslagen hart; proberen het tot stilte te manen.

En ineens voel ik het. Een enorme rust daalt over me neer. En de kou die ik voelde toen ik binnenkwam is verdwenen.

Even voel ik me oneindig veilig binnen die vier muren waar ik de rust vond waar ik wekenlang naar op zoek was.

En ineens weet ik het zeker dat ik het wel ga redden.

Want ook als ik mijn geloof in mezelf en het vertrouwen dat het goed komt volledig kwijt ben kan ik het hier altijd weer vinden.”

Het gedicht is geschreven door een jonge vrouw van begin twintig die graag gedoopt wilde worden. Mijn buurvrouw aan tafel noemt me haar naam. De jonge vrouw vroeg haar om de dienst te leiden waarin zij gedoopt zou worden. De doopbediening mocht zij niet doen, de oom van de jonge vrouw heeft haar in die dienst gedoopt. De tante van de jonge vrouw vertelt, staande voor de kansel, aan 36 aanwezigen op de reünie van de CDA Friesland reisclub over de Martinikerk in Easterein (Oosterend). Een grote kerk in een klein dorp. Het interieur is zeer de moeite waard. Tussen het koor en het middenschip is een doksaal gebouwd, ook wel (zangers)tribune genoemd. Een doksaal heeft dezelfde functie als een koorhek. Aan dit doksaal is veel te zien. Er staan 18 Bijbelse taferelen op elk voorzien van een korte omschrijving. Ook staan er een paar teksten op. “Mijd de begeerten der jeugd … “, uit 2 Timoteüs 2 en een tekst uit Titus. Het geheel is versierd met 365 duivelskopjes. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad. Maar de koster heeft de duivelsmaskers ook geteld en kwam niet verder dan 272.

Het kerkbezoek is onderdeel van een reünie van een reisclub van CDA-leden die in Friesland wonen. De 36 deelnemers ontmoeten elkaar in een zaal van restaurant Bergsma in Easterein. Na de thee of koffie volgt het bezoek aan de Martinikerk. Durkje de Haan is de gids in de kerk. In de kwelder van de Middelsee is deze kerk gebouwd, eerst een tufstenen gebouw in de 10e eeuw, daarna in de 14e eeuw de huidige kerk. Het doksaal, een portaal met een dubbele rij van drie bogen, is in 1554 gebouwd in renaissancestijl. De preekstoel komt uit de gesloopte kerk van Hennaard. Het orgel is in 1869 gebouwd door Hardoff, een orgelbouwer uit Leeuwarden, die in 21 kerken in Friesland een orgel heeft gebouwd.

Anne Osinga, een van de deelnemers aan de reünie, geeft een klein orgelconcert. Hij vertelt over zijn carrière als organist. Hij is begonnen te spelen toen hij 16 jaar was. Zestig jaar heeft hij het gedaan en nu is hij ermee opgehouden. Hij haakt aan bij de vraag van Durkje hoe het in de toekomst met de kerk zal gaan. Zijn er voldoende mensen om in de kerk een functie te vervullen? Zo is ook de vraag gesteld: Hoe komt het met de organisten? Hij is blij te kunnen zeggen dat er recentelijk vier jonge organisten in Friesland zijn aangetreden die alle een opleiding aan een conservatorium hebben gevolgd. Na het orgelconcert loop ik de sacristie in. Er hangt een bord met het overzicht van komende activiteiten in de kerk. Op zondag 17 oktober a.s. zal ds. Wytze Andela uit Aalten voorgaan in de dienst. Samen met zijn vrouw Marieke is hij hier predikant geweest van 1981 tot 1985. De sacristie biedt toegang tot de consistorie en via een trap tot de eerste etage van het doksaal. Jaren geleden werd de sacristie vernield door een zware storm. Men wilde de aanbouw slopen. Er was een boer die het er niet mee eens was en voor restauratie zorgde. In een folder wordt de identiteit van de protestantse gemeente omschreven als “een bescheiden, open en ontspannen gemeente die haar vrolijk orthodoxe geloofsbeleving op creatieve wijze vorm geeft in de bijzondere historische entourage van de Martinikerk”.

De kerk staat, zo lijkt het, op een lage terp. Een betonnen brugje leidt naar de pastorie die verscholen ligt onder oude bomen. De pastorietuin is omgeven door een gracht. Het geheel maakt een serene indruk, hier kan een theoloog zijn wetenschap bedrijven. Dat gebeurt in dit pand niet meer. Begin deze eeuw is het pand voor ¾ miljoen Euro verkocht aan een Amsterdammer die zich wijdt aan design. De zittende predikant werd nieuw te bouwen pastorie beloofd op de plek van een oud klooster. Dat mocht echter niet. Toen kwam de aap uit de mouw: de kerkenraad wilde van de predikant af. Maar losmaking werd niet toegestaan.

Er is meer geschiedenis. In de kerk werd verteld dat de kerk en het café de twee oudste gebouwen van het dorp zijn. Het is de moeite waard restaurant Bergsma binnen te lopen. De inrichting is uit een voorbije tijd. Niet meer zoals in 1511 toen voor het eerst de taveerne werd vermeld. Het huidige gebouw stamt uit 1860. Misschien is de inrichting zo gebleven. Achter de caféruimte zijn enkele zalen. In een van de zalen nuttigen we tot besluit een eenvoudig doch voedzaam maal.

 

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Recreatie. Bookmark de permalink.

Eén reactie op In Easterein

  1. Jan Schild schreef:

    Wat mooi Tijme.
    Benieuwd naar vervolg.
    Vr. groet,
    Jan

Reacties zijn gesloten.